Mar-Lisa Ras, Oprichter Stichting Nanginyi

Toen Mar-Lisa drie jaar was, overleed haar opa. Te jong om hem zich nu nog echt te herinneren, maar toch waren het juist zijn verhalen die haar naar de Masai in Tanzania brachten. Hoe een meisje uit Urk Masai-kinderen weer een toekomstperspectief biedt.

Tekst: Vonk Tekst & Design – Fotografie: Fraukje Vonk Photography

Opgroeien op Urk

Toen Mar-Lisa drie jaar was, overleed haar opa. Te jong om hem zich nu nog echt te herinneren, maar toch waren het juist zijn verhalen die haar naar de Masai in Tanzania brachten. Hoe een meisje uit Urk Masai-kinderen weer een toekomstperspectief biedt.‘Samen met mijn broer en zus groeide ik op in een hechte familie op Urk. Elke zaterdag koffiedrinken met de hele familie, inclusief alle nichtjes en neefjes, is heel normaal daar. Tijdens die wekelijkse familiebijeenkomsten hoorde ik regelmatig verhalen over mijn opa en het ontwikkelingswerk dat hij deed. Hij overleed toen ik drie was, een klein meisje nog maar, maar door hoe mijn oma over hem vertelde, bleef hij voor mij voortleven. Mijn opa heeft op veel plekken in de wereld gewerkt, maar in Tanzania heeft hij twee jaar met het hele gezin gewoond, met mijn vader en al zijn broers en zussen. Ik droomde er toen al van, hoe dat zou zijn om daar te leven.’

Conflicten

Na de lagere school op Urk en het vwo in Emmeloord, vloog Mar-Lisa uit; ze ging sociale en culturele antropologie studeren aan de Vrije Universiteit in Amsterdam: ‘Dat heb ik drie jaar gedaan, maar na mijn bachelor wilde ik iets anders studeren. Ik ben toen nationalisme-studies gaan doen. Ik ben naar Baskenland gegaan om daar onderzoek te doen naar het Baskische conflict. Zat ik het ene moment tegenover iemand die een autobom had geplaatst en 22 jaar in de cel had gezeten en het andere moment sprak ik met de president van een of andere grote organisatie. Dan zie je hoe muurvast het conflict daar zit. Daarna ben ik naar Schotland gegaan om daar een jaar te studeren en in een tussenjaar ben ik in het Midden-Oosten, in Palestina, vrijwilligerswerk gaan doen en heb ik daar wat rondgereisd. Vervolgens heb ik er nog een master achteraan geplakt in Nijmegen: sociale geografie, gefocust op – je raadt het al – conflicten.’

In een hutje op de savanne

Tanzania bleef lonken. Tijdens haar jaar in Nijmegen besloot Mar-Lisa naar het land van haar opa’s verhalen te gaan: ‘Begin 2016 vond ik vrijwilligerswerk als coördinator van onderwijsprojecten. De avond voordat ik vertrok heb ik mijn masterscriptie ingeleverd en toen ben ik gegaan. Bij het onderwijsproject dat ik in eerste instantie coördineerde, waren de bewakers van de Masai-stam. Met een van die bewakers, Mathayo, raakte ik bevriend. Hij nam me mee naar zijn familie en zo ben ik in het Masai-leven beland. Zij woonden in hutjes op de savanne, in de middle of nowhere. Dat vond ik heel bijzonder. Tegenwoordig, als ik in Tanzania ben, woon ik ook gewoon daar, in een hutje. Dan zeggen mensen weleens: je hebt daar niks, geen douche, geen bed, geen wc! Nee, dat heb ik dan ook helemaal niet nodig, dat is helemaal niet van belang.’

Walhalla

‘Als antropoloog is dat natuurlijk het walhalla, zo’n stam die heel erg vasthoudt aan de eigen cultuur en tradities. Soms zijn er wel regels waar je als westerse vreemd tegenaan kijkt. Zo mogen mannen en vrouwen niet samen eten bijvoorbeeld. En als de mannen op leeuwenjacht gaan, moeten ze weggaan zonder te groeten. Dan zijn ze ineens vertrokken en moet je maar afwachten wanneer ze terugkomen en hoe het is gegaan.’

Die blanke

‘In Tanzania ben je altijd ‘die blanke’, iedereen wil iets van je: geld, iets aan je verkopen. Bij dit Masai-gezin was ik gewoon Mar-Lisa. Ik werd al snel onderdeel van de familie, zonder dat ze iets van me wilden. OK, ik geef toe, voor de rest van het dorp bleef ik wel een tijdje die bijzondere blanke; de kinderen waren zelfs bang voor me in het begin. Maar al snel werd ik van veraf begroet. Of dan ging ik op de fiets ergens heen, dacht ik dat ik de weg wel wist, maar reed ik verkeerd, stond iedereen te zwaaien: nee, je moet daarheen! Ze wisten ook al waar ik moest zijn. Ik in de middle of nowhere op de fiets en zij wisten bij wie ik hoorde, toen al. Dat ging natuurlijk ook heel snel: Mar-Lisa? Oh, die woont daar.’

Besnijden maakt een meisje vrouw

‘Al snel bleef ik een nacht slapen bij het gezin. Dat vond ik geweldig. Ik wilde heel graag alles meemaken: met de geiten mee op stap, meedraaien in het dagelijkse leven daar. Ik mocht toen een week blijven logeren. Tijdens die week werd er een meisje besneden. Ze was amper tien jaar. Ik zat buiten en hoorde haar gillen toen het gebeurde. Dat ging door merg en been, echt vreselijk. Ondanks dat het besnijden van vrouwen en meisjes verboden is in Tanzania, is het nog steeds traditie bij de Masai. Die families zijn vaak zo arm, en een meisje is een inkomstenbron: die verkoop je voor koeien. De besnijdenis wordt gezien als een overgangsritueel van meisje naar vrouw. Hoe jong ook, na de besnijdenis is het meisje klaar om te trouwen en kinderen te krijgen. Ook dit meisje was al uitgehuwelijkt, ik heb haar na de besnijdenis nooit meer gezien.’

School verandert het hele toekomstperspectief

‘Gelukkig bleek het wel bespreekbaar. Ik vroeg of het niet te voorkomen was. Eén van de mannen waarmee ik zat, zei: ‘Als ik genoeg geld had, stuurde ik mijn dochter naar school. Dan gebeurt dit niet.’ Als de kinderen de kans krijgen naar school te gaan en een beroepsopleiding te volgen, verandert hun hele toekomstperspectief. In plaats van verkocht worden voor koeien, kunnen ze op een waardige manier voor inkomsten voor de familie gaan zorgen en hun eigen keuzes maken.’

Verkocht voor drie koeien

In de familie waar Mar-Lisa verbleef was nog een meisje: Nanginyi. ‘Ik was heel goed bevriend met haar en ik wilde niet dat haar hetzelfde lot zou treffen. Maar Nanginyi was al verkocht, er was al een aanbetaling van drie koeien gedaan! Ze was weliswaar uitgehuwelijkt aan een jongetje dat maar een paar jaar ouder dan zij was, dus het zou nog wel een paar jaar duren, maar je weet dat ze op een gegeven moment het andere deel van die bruidsschat komen betalen en dan moet ze trouwen. Hoe kon ik dit voorkomen? Ik heb het met de familie besproken en naar school sturen zou inderdaad de oplossing zijn. Ik besloot haar met mijn eigen geld vrij te kopen. Maar ja, de aanstaande schoonfamilie beweert natuurlijk dat die drie koeien inmiddels kalfjes hebben gekregen en meer waard zijn geworden. In een weekend is het gezin gaan onderhandelen met de vader van het jongetje en ze hebben het afgemaakt op vijf koeien. Dat staat dan voor een bepaald bedrag. Dat bedrag heb ik betaald en daarna was voor Nanginyi de weg vrij om naar school te kunnen gaan.’

Mar-Lisa

‘Nanginyi was al verkocht, er was al een aanbetaling van drie koeien gedaan!’

Een paar maanden later sprak ze Engels

‘Toch is het niet altijd zo eenvoudig. Ik kan natuurlijk wel zeggen: ik koop jou vrij, maar dat is helemaal niet mijn beslissing, dat is aan de familie. Bij de familie van Nanginyi voelde ik gelukkig dat ze opgelucht waren en dat Nanginyi kon doen wat ze zo graag wilde: naar school gaan. Een paar maanden nadat ze met school was begonnen, kwam ik terug in Tanzania en toen sprak ze al Engels. Zo kon ze me mooi helpen als tolk. Ik spreek zelf wel een beetje Swahili, en Mathayo, onze lokale mannelijke coördinator, spreekt Engels. Maar hij mag, als man, niet bij de vrouwen eten. Dus als ik bij vrouwen op visite ga, is het handig als ik een meisje mee kan nemen.’

Het balletje ging rollen

‘Nanginyi heb ik van mijn eigen geld vrijgekocht zodat ze naar school kon. Via het project waar ik werkte, kende ik de scholen en het schoolsysteem en gelukkig was er een goede school in de buurt. Maar het probleem houdt niet op bij Nanginyi natuurlijk. Ik sprak er met vriendinnen over, en zij hadden ook direct interesse om te helpen. Zo besloot ik een stichting op te richten. Het ging eigenlijk allemaal best snel. Begin 2017 ging ik met mijn vriendin Milou op reis en tijdens die reis hebben we alle ideeën op papier uitgewerkt. Terug in Nederland in mei 2017 zijn we naar de notaris gegaan en is alles rondgemaakt. Zo begon het balletje te rollen.’

Een zonnepaneel om telefoons op te laden

‘Maar ja, je kunt wel meisjes naar school sturen, maar dan ga je voorbij aan het feit dat zij vaak vroeg uitgehuwelijkt worden omdat er geen geld is in het gezin. Daarom gingen we op zoek naar een manier om ook daar ondersteuning in te geven. We zijn gestart met voedselpakketten voor die gezinnen die dat echt hard nodig hadden. Vervolgens zijn we met de lokale bevolking in gesprek gegaan over een manier om geld te verdienen. Zo kwamen we op het idee voor een zonnepaneel waarmee mensen tegen een vergoeding hun telefoon kunnen opladen. Veel mensen denken dan: telefoon? Omdat de Masai vaak ver van hun gezin zijn met de koeien, hebben ze allemaal een mobiele telefoon. Weliswaar een waarmee je alleen kunt bellen, maar toch. In januari 2018 hebben we een zonnepaneel op een van de hutjes geplaatst en nu liggen er elke dag allemaal telefoons op te laden. Daar verdienen ze dan een paar euro per week mee, genoeg om wat te eten te kunnen kopen. Dan is dat in ieder geval niet meer de reden waarom ze die koeien nodig hebben. En de mensen die er gebruik van maken, zijn ook blij. Nu hoeven ze niet helemaal naar het dorp te lopen en kunnen ze ook ’s avonds hun telefoon opladen.’

De man beslist

Binnen de Masaicultuur is de man uiteindelijk de beslisser binnen het gezin. Mar-Lisa heeft dan ook altijd de toestemming van de vader nodig als ze een meisje naar school wil laten gaan. ‘Dat is wel moeilijk. Hoe graag de moeder het ook wil, als de vader nee zegt, is het nee. Dan kan je niks. Zo is er een jongetje in het dorp met brandwonden. Tot overmaat van ramp werd ook het vee van dat gezin opgegeten door hyena’s. De moeder was ten einde raad. Ik vatte het plan op ook daar een zonnepaneel neer te zetten, zodat de moeder wat geld kon verdienen. Maar de vader is alcoholist. Het ene moment vindt hij alles goed, het andere moment is het een vreselijk man waar niet mee te praten valt. Omdat die man niet te vertrouwen is, is het voor mij lastig om de rest van het gezin te helpen. Natuurlijk zijn er zat mannen waar wel mee te praten is. En het zien van meisjes die het goed doen op school – ze krijgen daar eten, leren Engels, ontwikkelen zichzelf, dragen schoolkleding – zorgt voor een sneeuwbaleffect. Het is inmiddels dan ook al wat makkelijker om meisjes te rekruteren dan toen ik net begon. Er veranderen dus echt wel dingen, maar je moet een lange adem hebben. Daar laat ik me niet door tegenhouden. Meisjes die naar school gaan hebben vier keer minder kans om besneden te worden. En als ze eenmaal van school afkomen zijn ze al wat ouder en hebben ze zelf ook iets meer te zeggen. Je ziet dat meisjes die naar school gaan vaak later trouwen, minder kinderen krijgen en hun kinderen zijn minder vaak ziek. Dit alles motiveert me om door te gaan.’

Voor het eerst buiten de boma

‘Toen Nanginyi voor het eerst naar school ging, vond ik het heel spannend of ze het wel leuk zou vinden. Zij was onze inspiratiebron, we hadden de stichting naar haar vernoemd, wat als ze er geen bal aan zou vinden? Toen ik haar naar school bracht om haar in te schrijven, keek ze haar ogen uit. Ze was nog nooit buiten het wereldje van de boma – de kraal – geweest. Gelukkig vond ze het geweldig. Ze heeft in zes maanden de hele kleuterschool, drie klassen, doorlopen. Een half jaar nadat we de stichting hadden gestart, was Nanginyi’s eerste diploma-uitreiking.’

Nanginyi’s Nursery School

In 2018 heeft de stichting de Nanginyi’s Nursery School opgericht, naast de boma: ‘Na wat opstartperikelen staat er nu een heus klaslokaal met tafels, een bureau met stoel voor Masai-juf Jamila, een kapstok voor alle schooltassen en ruimte om te spelen of een dutje te doen. Naast het klaslokaal hebben we twee toiletten gebouwd en een keuken, die tegelijk dient als opslagplaats. Miima, de moeder van een van onze sponsorkindjes, is bij ons in dienst gekomen. Zij zorgt elke ochtend voor het ontbijt, houdt de keuken en alle spullen schoon en maakt het fruit in de middag klaar voor de negen jongens en negen meisjes die les krijgen aan Nanginyi’s Nursery School.’

Community center

‘In de toekomst hoop ik nog een soort community center op te kunnen bouwen, waar oudere meisjes en vrouwen kunnen leren lezen en schrijven en Engelse les of medische voorlichting kunnen krijgen, maar waar ook de mannen kunnen vergaderen. Alle Masai-vrouwen maken sieraden, misschien dat ze hun kennis daar kunnen overdragen aan de jongere generatie. We hebben al toestemming van de vader van Mathayo, onze lokaal coördinator, om zijn land te gebruiken.’

Mijn kindje

‘Voor wat betreft mijn eigen toekomst, zit ik nergens aan vast. Het zou heel fijn zijn als ik in Tanzania een betaalde baan vind zodat ik de stichting ernaast kan blijven doen. Ik zie dit als een vrijwilligersbaan en ik zie mezelf niet als de blanke directrice die hier voor heel veel geld gaat zitten. Wat ik ook ga doen, voorwaarde is wel dat ik de stichting ernaast kan doen. Het is toch een beetje mijn kindje. Maar of ik dat nou doe vanuit Tanzania, vanuit Nederland of vanuit – bij wijze van spreken – Jordanië, dat maakt me niet uit. Als ik internet heb en ik kan contact hebben met Mathayo via Whatsapp of videobellen, is dat prima te doen.’

Dromen van Tanzania

‘Mijn familie is heel betrokken bij wat ik doe. Mijn ouders en twee tantes zijn in Tanzania geweest en hebben ervaren hoe het daar is. Aan mijn vaders kant van de familie is de band met Tanzania altijd gebleven. Mijn oma liet me als klein meisje al dromen van Tanzania, met haar verhalen over de tijd die ze daar met haar gezin had doorgebracht toen mijn opa daar ontwikkelingswerk deed. Ze inspireerde me altijd om te gaan reizen en de wereld te ontdekken. In 2016 is ze overleden. Ik weet dat mijn familie haar al mijn verhalen voorlas en dat ze heel trots op me was. Ik heb haar niet meer de vragen kunnen stellen die ik had – ik wilde heel graag weten hoe zij bepaalde dingen beleefde, hoe het was om daar te leven met een gezin met kinderen, zoveel jaren geleden – maar ik ben ontzettend blij dat ze nog heeft meegemaakt dat ik naar Tanzania ben gegaan. Ik zal haar altijd blijven herinneren als een sterke, dappere en eigenwijze vrouw die veel van de wereld heeft gezien en haar wijsheid van die reizen met ons heeft gedeeld.’

In de voetsporen van mijn grootouders

In 2016 overleed ook Mar-Lisa’s oma van moeders kant. ‘Opoe was zo’n zorgzame, liefdevolle maar ook dappere en sterke vrouw, die kon genieten van de kleine dingen in het leven. Ze stond er al jong alleen voor met vier dochters toen haar man op zee was. Ondanks het enorme gemis ben ik dankbaar voor de inspiratie en levenswijsheid die oma en opoe me hebben gegeven. Ik ben trots en blij dat ik op mijn manier in de voetsporen van mijn grootouders kan treden met Stichting Nanginyi.’

Stichting Nanginyi

Sinds 2017 geeft Stichting Nanginyi Masai-kinderen uit arme gezinnen in Tanzania de kans om hun schoolcarrière volledig af te maken. Hierdoor zal hun positie op de arbeidsmarkt significant verbeteren en kunnen ze helpen de vicieuze cirkel van armoede, waarin veel Masai-families zich bevinden, te doorbreken. Het bieden van educatie biedt duurzame en structurele verbeteringen voor de Masai-gezinnen die gesponsord worden. Als cultureel antropologen en ontwikkelingssociologen hechten de oprichters veel waarde aan de ideeën en levensovertuigingen van de Masai. Daarom kiezen zij de projecten in goed overleg met de Masai-families en is de samenwerking met hun lokale coördinator Mathayo van onschatbare waarde.

Educate a girl. Empower a nation.

Bericht van MarLisa

Toen Mar-Lisa drie jaar was, overleed haar opa. Te jong om hem zich nu nog echt te herinneren, maar toch waren het juist zijn verhalen die haar naar de Masai in Tanzania brachten. Hoe een meisje uit Urk Masai-kinderen weer een toekomstperspectief biedt.Mijn leven is de afgelopen tijd een klein beetje veranderd. Ik heb samen met mijn man Mathayo (wij zijn in januari hier getrouwd) een huis gebouwd op de Masai-savanne en woon hier nu permanent met hem en zijn zoontje Leiyan waar ik nu moeder van ben. Samen runnen we Stichting Nanginyi nog steeds met veel passie. Ik ben inmiddels fulltime vrijwilliger. Daarnaast verwachten wij in november een baby. Een hele stap en een heel ander leven maar ik heb nog geen moment spijt gehad!

De bruiloft was klein en heb niet echt hele goede foto’s, maar hierbij een foto van ons gezin in de boma.

Groeten uit Tanzania,

Mar-Lisa

Geplaatst in Wereldverbeteraars.

3 reacties

  1. Lieve Mar Lisa,
    Prachtig om te lezen dat je je hart hebt gevolgd’ en hierin dicht bij jezelf bent gebleven. En tegelijk hart hebt voor de mensen en kinderen om je heen.
    God bless you and you fam.
    Liefs Ditta Buter

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *